De laatste grote cols

20 juni 2018 - Barcelonnette, Frankrijk

Het is alweer de vijfde dag. Wat is er waar van het verhaal dat de bergen op den duur in je lijf gaan zitten? Dat je sterker wordt tijdens zo'n week in de bergen? Of is het de ervaring die meetelt. Dat je weet hoe je je krachten moet verdelen. Dat je psychologisch voordeel haalt als je kunt aanhaken. Maar ook dat je de verleiding leert weerstaan om met iemand mee te rijden als het te snel gaat. Wie zal het zeggen. Maar feit is dat we allemaal nog op de fiets zitten en elke kilometer met onze eigen benen rijden.

We zitten inmiddels in de bergen van de Haute Provence. Dat klinkt zuidelijk en dat is het ook. Vandaag staan er nog een twee heroische beklimmingen op het programma: de col d'Izoard en de col de Vars. De laatste grote cols. Na het ontbijt worden de fietsen nagekeken, kettingen gesmeerd, de banden geinspecteerd. Dan het moment van opstappen. De klim naar de Izoard via de noordelijke route begint al meteen in Briancon met een stijl stukje, de spieren nog koud. Daarna, gelukkig, wordt de berg milder. Rechts beneden is uitzicht op het mooie dal. De tweede helft is echter pittig met weer hoge stijgingspercentages. Lang blijft de route onder de boomgrens. Het zijn de groene noordhellingen. Maar het laatste stuk is kaal. Met de top in zicht zijn de laatste kilometers zwaar. Dan ... de top, met het beroemde monument, een hoge pilaar. De mannen komen boven, één voor één. Vermoeid maar met lachende gezichten. Weer een strijd geleverd.

De Izoard brengt ons in de Queyras, een prachtig mooi gebied die bij sommigen vakantieherinneringen doet herleven. We dalen af via de zuidhelling die er compleet anders uitziet, puinhellingen en steile rotsen, een woestenij. Sommigen stoppen even bij het monument van Coppi en Bobet, twee fietsgrootheden van lang vervlogen tijden. Het is een prachtige afdaling op goed asfalt. Beneden in het dal wachten we op elkaar en maken een peloton. De weg voert ons vervolgens door een prachtig dal, door de gorges van de Guil. Het uitzicht is adembenemend, met stijle rotsen soms overhangend aan weerszijden en rechts een diepe kloof met daar ver beneden een snel stromende rivier. Een enkele keer passeren we een donkere tunnel.

In Guillestre houden we pauze met pasta en een schreeuwende bediening. Erg hoffelijk is het allemaal niet maar het eten smaakt goed. Met een gevulde maag beginnen we aan de col de Vars. Hier zitten de zware kilometers aan het begin, nog eens extra zwaar door de warmte die op ons drukt. Die combinatie doet sommigen even afstappen. Net op het moment dat Johan een lekke band krijgt. Soms komt zoiets vervelends goed uit. Het is een lange klim die halverwege door het uitgestorven Vars, een wintersportplaats, voert. De liften, de hotels, alles ligt er verlaten bij. Op de top krijgen we bericht dat de bus panne heeft. Maar Elly weet het gelukkig snel op te lossen. Omdat het nog wel even zal duren voor de laatsten boven zijn, besluiten we met een groepje (Wim, Kees, John, Sjaak, Teus, Willem Jan) vast af te dalen naar Barcelonnette, onze volgende standplaats. Het laatste gedeelte is langs de grote weg vals plat naar beneden. We persen de laatste energie eruit en jagen elkaar op. Het gaat met hoge snelheden, het hotel lonkt. En vooral, het bier dat extra goed zal smaken. Even later sluiten ook de laatsten aan op het terras van het hotel. En iedereen is trots op iedereen.

2 Reacties

  1. Miriam:
    21 juni 2018
    Succes mannen!💪🏼
  2. Riet:
    21 juni 2018
    Volhouden mannen de laatste loodjes